Ik ken een meisje. Met lange blonde haren, die ze later kort
afknipte. Ze heeft krullen, en een grote lach die er altijd is. Ze maakt zich
nergens druk om. Ze is vrij om te doen wat ze wil. Ze is niet bang om mensen
kwijt te raken, ze heeft genoeg vrienden. Eén minder is niet erg. Ze is
populair, en altijd kleurrijk gekleed. En ze denkt dat ze zichzelf is, en dat
iedereen haar super leuk vind. Maar haar ouders zijn teleurgesteld, haar punten
zijn slecht, ze verliest zoveel vrienden, omdat niemand haar blijkbaar echt
leuk vind. Ze staat alleen.
Dus ze veranderd.
Want alleen zijn is niet oké. Ze veranderd haar kleding, haar haar, ze draagt
make-up en probeert niet steeds in de
spotlight te staan. Ze beseft dat het meisje in de spiegel niet zij was. De
zomer passeert, en ze maakt zich steeds meer druk over wie ze zal zijn. Ze
besluit een gothic met goeie punten te zijn. En dat eerste deel lukt nog wel.
Maar na een tijd beseft ze alweer, dat het stoere zwarte meisje met de zwarte
ogen niet zijzelf is. Ze raakt gefrustreerd. En ze is bang voor alles. De
jongen waar ze van houd laat haar zitten en de nachtmerries komen. Ze laat
alles voor zichzelf en op een moment barst ze. Ze begint met zichzelf te
snijden, en niet zo heel weinig ook. Ze liegt tegen iedereen, omdat ze bang is
om ze te verliezen. En dan komt haar beste vriendin het te weten. Ze is niet
boos. Ze laat haar niet zitten. Maar het meisje snijd zich nog steeds. Ook al
beloofd ze om ermee te stoppen. Het ergste gebeurd. Haar ouders weten het. Ze
moet naar de psycholoog. En alles komt goed. Uiteindelijk. Denkt ze. Hoopt ze.
Ze schaamt zich. Dat ze al die mensen was in haar leven.
Toen ze klein was het prinsesje, daarna het jongensachtige meisje, dan het
verwend nest, dan een complete bitch, dan een gothic, dan een buitenstaander.
En dan, eindelijk zichzelf. Wie ze hoort te zijn, wie ze zelf is. Ze staat niet
alleen meer, ze heeft niet veel mensen misschien maar twee. Dat eerste meisje
komt nooit meer terug. Dat eerste meisje, met het lange haar, de kleurige
kleren en de hoed, het meisje die de bitch was. Ze is dood. Hoe ik dat weet?
Dat was ik. Ik was al deze mensen. Ik was ze. Niet meer. Nu ben ik mezelf. Weg
met het meisje met groots haar, zwarte kleding, het meisje dat perfect wou
zijn, bevriend wou zijn met alleen maar jongens. Dood. Allemaal. Hier ben ik
schreeuw ik. Maar hoort iemand me ook?
Zullen al die mensen niet uit de dood opstaan? Zal ze
zichzelf verliezen? Ik beloof mezelf van niet. Maar ik blijf bang. Bang om mijn
beste vriendin te verliezen, omdat het al zo vaak is gebeurd dat mensen met
dumpten. Bang om weer slechte punten te hebben. Bang dat mensen me niet zullen
accepteren nu dat ik mezelf ben. Want niemand wil stille mensen die niet
praten. Asociale mensen. Die alleen tegen hun beste vrienden praten en daar
lollig doen. Willen mensen zo’n mensen kennen? Nee toch? Misschien kan het me
niets schelen. Maar misschien is dat een leugen. Misschien moet ik minder
denken en gewoon mezelf zijn, ja. Dat is het. Al die mensen dood laten die hierboven
staan, niet bang zijn om dat meisje kwijt te raken, maar haar vertrouwen. In mezelf
geloven. En ik lach, want het lijkt allemaal zo onmogelijk. Maar toch een
beetje niet. Toch is er dat sprankje hoop. Dat het op een dag zal lukken om me
niet te laten meeslepen. En mezelf te zijn. Op een dag, ja.
Het lukt wel, met tijd, en help. Ik zal mezelf écht zijn en
blijven. Ooit. Op een dag. Een mooie, prachtige dag. Het lukt me wel. Want de
rest is dood. Voor altijd. En er bestaan geen volgende versies van mij. Alleen
de echte versie. Mijn versie. Eigenlijk waren al die andere versies mezelf,
maar dan een beetje anders. Hetzelfde, maar anders. Er zal geen anders meer
zijn. Dit ben ik, en dit zal ik zijn. ‘Veel plezier ermee wereld!’ wil ik
roepen. Ja, dit ben ik. Voor altijd. Eeuwig misschien. Ik ben niet bang meer.
Want ik ben ik. Zo is het nu eenmaal. Genoeg met dit gepraat, ik heb er genoeg
van. Ik ga huiswerk maken. Moet je ook doen. Eigenlijk. Doei.
Xoxo, dat echte meisje. (S.T.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten